Voornemen voor afbraak kerk Wahlwiller

Op 7 juni 1842 bezocht de heer Staatsraad Gouverneur van het Hertogdom Limburg de parochie en de kerk van Wahlwiller.
De Gouverneur pleitte voor goed onderhoud en handhaving van de openbare gebouwen, hij duidde hiermee in het bijzonder op de kerk, die op korte termijn gerepareerd diende te worden.
Ook een afvaardiging van het gemeentebestuur van Wittem was aanwezig en beloofde de nodige (financiële) middelen.Kerk4

Tijdens de vergadering van het kerkbestuur, acht maanden later op 23-02-1843, was er vanuit de gemeenteraad nog geen reactie.
De leden van het kerkbestuur van Wahlwiller waren met stomheid geslagen, toen zij tijdens de vergadering hoorden dat leden van de gemeenteraad het gerucht hadden verspreid dat de kerk van Wahlwiller zou worden afgebroken en dat tussen Wahl- en Nijswiller voor beide dorpen een nieuwe kerk zouden bouwen, één kerk is immers goedkoper in het onderhoud dan de twee oude kerken die in Wahl- en Nijswiller stonden.
Het gemeentebestuur was in die tijd mede verantwoordelijk voor het onderhoud van de kerken.
Wahlwiller en Nijswiller telden in 1843 samen 500 inwoners.
Het kerkbestuur van Wahlwiller ging niet bij de pakken neer zitten en nam stelling tegen de afbraak, de reparatie van de oude kerk ging f.800 (€ 365,-) kosten, nieuwbouw koste f 10.000,– (€ 4500,–).
Men had argumenten tegen het kerkbestuur, zoals de middeleeuwse ouderdom van de kerk en dat onze kerk door de eeuwen heen steeds de hoofdkerk is geweest van drie parochies namelijk, Wahlwiller, Mechelen en Nijwiller. Dat de nieuwbouw tussen Wahl- en Nijswiller te ver weg en te afgelegen was voor beide dorpen. De kerk zou worden gebouwd aan een oude vervallen landweg met diepe karrensporen (de huidige Trambaan), aldus de protestbrief van het kerkbestuur. Waar moest de pastoor gehuisvest worden? Nu stond er in Wahlwiller een mooie pastorie (thans Oude baan 25). 
Kortom, de oude kerk van Wahlwiller gelegen midden tussen 38 huizen, afbreken, kon men nooit toelaten ! Het kerkbestuur richtte zich in een brief tot de Gouverneur en men had succes. Het plan van het gemeentebestuur ging niet door en de kerk werd alsnog gerestaureerd.

Opmerkelijk is dat ongeveer 100 jaar later deze opzet met een nieuw te bouwen basisschool wel is gelukt, maar ook dit is, zoals nog velen zich kunnen herinneren, niet zonder slag of stoot gerealiseerd.
[Marcel Ploemen.]